Skip to main content

Antibioticaresistentie in de Waddenzee

Forschung

Wereldwijd is er een groeiend besef dat toenemende antibioticaresistentie in ecosystemen de gezondheid van zowel mens als dier kan schaden. De afgelopen jaren zijn honderden zeehondenpups die in Pieterburen werden opgevangen onderzocht op de aanwezigheid van bacteriën resistent tegen antibiotica. Ana Rubio-Garcia, hoofd-dierenarts van het Zeehondencentrum in Pieterburen, doet dit als onderdeel van haar promotieonderzoek naar het zeehondenmicrobioom, oftewel de complete collectie van micro-organismen die in zeehonden voorkomen inclusief aanwezige antibioticaresistente varianten.

SCHAUEN SIE SICH AUCH AN

  • Zeehondenmoeder en pup

  • Medicatie voor zeehonden

  • Onderzoek naar antibioticaresistentie bij zeehonden

Wat is antibioticaresistentie?

Als mensen teveel en/of niet goed gebruik maken van antibiotica dan kunnen bacteriën resistent worden. Dat betekent dat de bacteriën niet meer gevoelig zijn voor de medicijnen en dus niet doodgaan. Dit is een groot probleem, want als dit vaker gebeurt dan wordt de kans steeds kleiner om te genezen van zo’n ontsteking. Dan moeten er nieuwe medicijnen worden gemaakt om bacteriën te bestrijden. Daarom is het belangrijk om op een goede manier met antibiotica om te gaan.

Hoe komt dat dan in de Waddenzee terecht?

Er bestaat een kans dat antibioticaresistentie bacteriën in de Waddenzee terecht komen. Wanneer mensen of dieren niet goed met antibiotica worden behandeld, dan bestaat er een kans dat bacteriën resistent worden. Als deze bacteriën ons lichaam verlaten via het water dat wij gebruiken dan komt dat uiteindelijk in rivieren en in de zee terecht. Zo kunnen zeedieren in aanraking komen met deze soort bacteriën en ze in binnenkrijgen. Als dit gebeurt met zeehonden, dan kunnen wij door ze te onderzoeken aantonen dat er antibioticaresistentie van bacteriën in de Waddenzee zijn.

Onderzoek naar bacteriën bij zeehonden

Bacteriën bij zeehonden

Ana is benieuwd of zeehonden bacteriën in hun lichaam hebben die ongevoelig zijn tegen antibiotica. Zij deed haar promotieonderzoek (PhD) naar bacteriën, microscopisch kleine organismen, die in een zeehond voorkomen. Zo onderzocht Ana of daar ook resistente bacteriën bijzaten.

We voerden het onderzoek uit op 250 zeehonden die bij ons werden opgevangen. Van elke zeehond die binnenkomt wordt met een wattenstaafje een monster genomen vanuit de anus. Dit monster wordt daarna in ons laboratorium en het laboratorium van CERTE in Leeuwarden gekweekt: dit betekent dat we de gevonden bacteriën laten groeien zodat we er veel meer van hebben. Dat maakt het makkelijker om te kijken welke soorten bacteriën er zijn, of ze antibioticaresistent zijn en tegen welke antibiotica ze dat precies zijn.

Wussten Sie, dass...

Wij met meerdere partijen samenwerken om de antibioticaresistentie in de Waddenzee in de gaten te houden. Het onderzoek wordt begeleid door de faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht (UU) en de afdeling Medische microbiologie en infectiepreventie van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). Het herkennen van de soort bacteriën en de aanwezigheid van antibioticaresistentie werd  gedaan door het CERTE-laboratorium in Leeuwarden.

Resultaten van het onderzoek

Uit Ana haar onderzoek komen verschillende resultaten. Zo hebben zeehonden veel dezelfde soorten bacteriën in hun darmen als mensen. Ook zijn er weinig bacteriën gevonden die niet meer gevoelig zijn voor verschillende soorten antibiotica. Met andere woorden: er was weinig antibiotica-multiresistentie in de onderzochte zeehonden. Dat is goed nieuws!

Antibioticabehandeling bij zeehonden

We keken ook naar wat er gebeurt bij een zeehond als die tijdens de opvang antibiotica nodig had om te herstellen. Als een zeehond antibiotica krijgt kunnen de normale bacteriën in de darm worden beïnvloed, net zoals bij andere dieren en mensen. Uit de eerste onderzoeksresultaten blijkt dat een paar dagen na de antibioticakuur er geen verschil was tussen de bacteriën van zeehonden die de behandeling kregen en niet-behandelde zeehonden. Dus dit kan betekenen dat na de behandeling van antibiotica de natuurlijke bacteriën weer terug komen die een zeehond in zijn darmen heeft. Dit is erg opvallend, aangezien dit herstel van de darmbacteriën bij mensen soms maanden of jaren kan duren. Op dit moment is het onderzoek nog steeds bezig om dit beter te begrijpen.

De zeehond als bio-indicator voor antibioticaresistentie

De zeehond kan dus een belangrijke bio-indicator voor antibioticaresistentie zijn in de Waddenzee. Dat betekent dat de zeehond een dier is die kan laten zien hoe goed het met zijn leefomgeving gaat. Met het doorgaan van dit onderzoek houden we een vinger aan de pols: we houden in de gaten of de situatie verandert.

Kijk hieronder naar een mini-documentaire over hoe wij vanuit het centrum antibioticaresistentie bij zeehonden in de gaten houden:


Op deze pagina

Lees verder

Weiterlesen

Verstrikte zeehonden

Wissensdatenbank

Jaarlijks krijgen wij tientallen meldingen over verstrikte zeehonden. Ze komen vast te zitten in rondzwervend afval in de zee. Dat kan bijvoorbeeld een visnet, ballonlint of een frisbee zijn. We komen helaas de gekste dingen tegen. Het afval kan voor diepe wonden zorgen, of nog erger: de zeehond kan er dood aan gaan.  

SCHAUEN SIE SICH AUCH AN

  • Verstrikte zeehond

  • Zeehond verstrikt in visnet

  • Verstrikte zeehond in zeehondenopvang

Plastic soep en zeehonden

Rondzwervend afval in de zee is vaak plastic dat ronddrijft op het water of onderwater. Zeehonden (en andere dieren) zwemmen erdoorheen door hun nieuwsgierige karakter. Of ze verwarren het voor een prooi en komen zo vast te zitten. 

Dierenarts Anna deed onderzoek

Sinds 2010 houden wij het aantal meldingen bij van verstrikte zeehonden. Dierenarts en onderzoeker Anna Salazar Casals deed onderzoek naar de aantallen en soorten verstrikkingen in Nederland. De gegevens komen uit een gezamenlijk onderzoek van zeehondenopvangcentra Zeehondencentrum Pieterburen, Aseal en Ecomare in samenwerking met het Max Planck instituut. 

Wussten Sie, dass...

Wist je dat Anna hoofdauteur is van de wetenschappelijke publicatie die je hier terug kan lezen: https://www.mdpi.com/2673-1924/3/3/26  

Zeehond in duinen

Aantal verstrikkingen

In de grafiek hieronder zie je dat dit aantal meldingen gemiddeld is gestegen: in 2010 waren er ‘slechts’ 8 meldingen, terwijl in 2019 dit in totaal 38 waren. Ze kwamen tot de schrikbarende conclusie dat het aantal meldingen in de afgelopen 11 jaar vier keer zo hoog geworden.  

Meldingen verstrikte zeehonden 2010-2020

Type afval

Opvallend is dat 88 procent van de verstrikkingen onder zeehonden wordt veroorzaakt door materiaal uit de visserij, zoals visnetten, vislijnen en vishaakjes. De overige 12 procent komt van ander materiaal. Wij hebben verstrikte zeehonden in het centrum opgevangen die zelfs vastzaten in een t-shirt of een frisbee. 

88% van verstrikkingsmateriaal komt uit visserij

Type verstrikkingen bij zeehonden

Zeehonden kunnen op verschillende manieren verstrikt raken, zoals de afbeelding laat zien. Het grootste deel van deze zeehonden zit met hun nek vast. Dit zijn dan vooral grijze zeehonden (Halichoerus grypus). Daarnaast kunnen ze ook zwerfafval, zoals vishaakjes, inslikken – met destraseuze gevolgen voor het dier. Het gevaar van al deze verstrikkingen is de schade die het aanricht. Een vislijn kan door de huid van de zeehond snijden en de spieren, bloedvaten en organen beschadigen. Zo lang de diepte van de wond beperkt blijft tot hun vetlaag kunnen zeehonden een verstrikking overleven. 

Verschillende soorten verstrikkingen in plastic bij zeehonden

Jonge zeehonden vissen achter het net

Het grootste deel van de verstrikte zeehonden zijn jonge zeehonden (juvenile). Door hun nieuwsgierigheid of speelsheid steken ze waarschijnlijk hun kop door plastic of touw of ze willen er mee spelen. Hierdoor raakt het dier zo verstrikt dat het hen zelf niet lukt om zich weer te los te maken. Doordat het vaak om jonge dieren gaat, zijn ze ook nog in de groei. De verstrikking gaat daardoor steeds strakker zitten. En worden de wonden nog veel erger. 

Verschillende verstrikkingen gewone en grijze zeehond

Hoe helpen wij verstrikte zeehonden

Als we een verstrikte zeehond vinden dan kunnen we meestal helpen. In 3 op de 10 gevallen kunnen we de zeehond op locatie helpen en direct loslaten. Dat zien we natuurlijk het liefst, want dan hoeft het dier niet mee naar de opvang.

Voor 4 op de 10 verstrikte zeehonden is opvang en verdere verzorging wel nodig. De overige 30 procent van verstrikte zeehonden kunnen we niet helpen: bij 20 procent lukt het niet om het dier te vangen en in 10 procent van de gevallen is het dier al overleden.   

Zeehondenwachters kijken bij een verstrikte zeehond op het strand welke hulp nodig is. Als het visnet bijvoorbeeld nog niet voor verwondingen heeft gezorgd, dan kan diegene het visnet direct losknippen en de zeehond vrijlaten. Als de zeehond medische hulp nodig heeft voor de verwondingen, dan wordt de zeehond naar een opvangcentrum gebracht.  

Zeehond Tefity

In het centrum controleren en verzorgen onze dierenartsen de wonden bij binnenkomst. Zeehonden hebben meestal een diepe vetlaag van een paar centimeter; dit betekent dat de wond soms vrij diep kan zijn zonder dat de zeehond van binnen in het lichaam gewond is geraakt. Als de wond schoon en dichtgegroeid is kan, de zeehond soms na een paar weken weer worden vrijgelaten. Het enige dat de zeehond eraan overhoudt is een litteken, zoals je op de foto van zeehond Tefiti kunt zien.


Op deze pagina

Lees verder

Weiterlesen

Seehund

Wissensdatenbank

Wetenschappelijke naam: Phoca vitulina
Familie: Phocidae
Grootte: man: 1,60 meter; vrouw: 1,50 meter
Gewicht: man: 87 kilo; vrouw: 65 kilo
Voorkomen: gehele Noordelijke halfrond
Bedreigde status: niet bedreigd

SCHAUEN SIE SICH AUCH AN

  • Gewone zeehond moeder en pups

  • Gewone zeehond moeder en pups

  • Gewone zeehonden in de Waddenzee

  • Zeehonden rusten op zandbank

“De Engelse naam van de gewone zeehond verklapt waar deze soort veel voorkomt”

Uiterlijke kenmerken van de gewone zeehond

De gewone zeehond heeft een vrij ronde kop en een stompe snuit. De neusgaten zijn een v-vorm. Hun gezicht lijkt daarmee wel een beetje op dat van een kat. Hun vacht is heel kort, glad en heeft een lichtbruin of grijze kleur met donkere vlekken erop. Het vlekkenpatroon is bij iedere zeehond uniek. Dit kun je vergelijken met de vingerafdruk van de mens.

De gewone zeehond is in vergelijking met andere zeehondensoorten relatief klein. In Nederland kunnen de mannetjes gemiddeld 160 cm lang worden en 87 kg wegen. De vrouwtjes worden gemiddeld 148 cm lang en wegen 65 kg. De gemiddelde grootte van de gewone zeehond verschilt per regio.

In Japan bijvoorbeeld, leeft een gewone zeehondenpopulatie die een stuk groter worden. Namelijk 186 cm lang en tussen de 87 en 170 kg voor de mannetjes en 169 cm lang en tussen 65 en 142 kg voor de vrouwtjes.

In het wild worden gewone zeehonden zo’n 20 – 30 jaar oud. In gevangenschap kunnen ze nog ouder worden. Zo verbleef gewone zeehond “Piet” zijn hele leven in Ecomare op Texel, tot hij op 41-jarige leeftijd in 2009 overleed.

Geslachtsverschillen

Er zijn weinig verschillen tussen mannetjes en vrouwtjes. Dit komt omdat hun vachten dezelfde kleur hebben en ze bijna even groot zijn.

Wussten Sie, dass...

Gewone zeehonden zwemmen regelmatig rivieren op en kunnen daar lange tijd blijven, voordat ze weer teruggaan naar zee. Zo heeft in 2022 een gewone zeehond wel eens een maand lang geleefd in een uitloper van de Lek in Gelderland.

Verbreitung und Status

De Engelse naam van de gewone zeehond is “common seal” of “harbour seal” (haven zeehond). Dat zegt al veel over waar deze soort voorkom. De gewone zeehond leeft vrij dicht bij de kust en is daarom ook wel eens in havens te zien.

Het leefgebied van de gewone zeehond verspreidt zich over het hele noordelijk halfrond maar ze blijven altijd dicht bij de kust.

De gewone zeehond wordt niet als een bedreigde diersoort gezien. De populatie wereldwijd door bestaat volgens IUCN, de internationale natuurbeschermingsorganisatie, uit zo’n 600.000 gewone zeehonden. Dat aantal is groot genoeg en zorgt ervoor dat de wereldpopulatie stabiel is. Dit betekent dat er geen ingrijpen nodig is zodat het soort blijft bestaan.

De gewone zeehond in Nederland

Jaarlijks worden er zo’n 8.000 gewone zeehonden in Nederland geteld en wetenschappers schatten daarmee dat zo’n 10.000 gewone zeehonden van Nederlands water gebruik maken.

Wussten Sie, dass...

Er twee soorten zeehonden in Nederland leven? De gewone zeehond is er een van. Weet jij de andere? Je vindt hem hier.

De grootste populatie zeehonden leven in het Waddengebied. Daar gebruiken ze de zandplaten om uit te rusten, zich voort te planten en pups te baren. Jagen en eten doen ze in de Noordzee. In Zeeland leven ook gewone zeehonden, maar een stuk minder dan in het Waddengebied. Daar leven ze vooral op zandplaten in de Oosterschelde en langs de Noordzee kust.

De laatste jaren is het aantal zeehonden dat in Nederland en in de hele Waddenzee jaarlijks geteld wordt min of meer gelijk. In Nederland was het vrij kortgeleden nog zo dat de populatie gewone zeehonden in gevaar was. Tot het jaar 1962 werd er nog veel gejaagd naar de gewone zeehond. Ook zijn er in 1988 en 2002 uitbraken van het zeehondenvirus (Phocine Distemper Virus) geweest waarbij de helft van de populatie stierf. In beide gevallen krabbelde de populatie weer snel op.  Ook met de hulp van opvangcentra langs de hele Waddenzee kust.

Ernährung und Nahrungssuche

De gewone zeehond is een opportunistische jager. Wat we daarmee bedoelen: de soort is flexibel als het gaat om waar en waarop hij jaagt. Zo kunnen ze dicht bij hun rustplaats op zoek gaan naar voedsel. Maar soms gaan ze ook kilometers er vandaan, dicht bij de kust, of verder de zee in op jacht. Ze kunnen tot wel meer dan 500 meter diep op zoek naar hun prooi.

Bovendien jagen ze niet op één bepaalde soort vis, inktvis of garnaal. Het dieet varieert dus sterk, afhankelijk van de regio en het seizoen. In Nederland jagen ze vooral op kleine tot middelgrote vissensoorten. Zoals kabeljauw, heek, makreel, haring, sardines, smelt, elft, lodde, zandspiering, donderpad, verschillende platvissen en zalmsoorten. Naast die vissoorten jaagt de gewone zeehond ook vaak op inktvissen en kreeftachtigen, denk bijvoorbeeld aan garnalen en krabben.

Wussten Sie, dass...

De gewone zeehond ook zonder zicht, bijvoorbeeld in troebel water, heel goed kan jagen?

De gewone zeehond gebruikt, net zoals veel andere zeehondensoorten, zijn snorharen om prooi te vinden. Deze snorharen zijn supergevoelig en kunnen de kleinste bewegingen waarnemen. Door de geribbelde vorm (anders dan de gladde snorharen zoals waarschijnlijk wel eens bij een kat of hond hebt gezien), zijn de snorharen zo gestroomlijnd dat ze bijna vloeiend door het water glijden.

Dankzij onderzoek weten we dat de gewone zeehond zelfs nog trillingen in het water voelt als een vis al een tijdje eerder is weggezwommen. Ze gebruiken hun snorharen dus op een vergelijkbare manier als echolocatie bij walvissen en dolfijnen: door trillingen van geluidsgolven in het water op te vangen. Bij zeehonden gaat het om bewegingen in het water.

Gedrag van een gewone zeehond

Gewone zeehonden zijn solitaire dieren. Dat betekent dat ze het liefst alleen zijn. Op het land willen ze nog wel in groepen liggen, omdat de kans dan groter is dat ze roofdieren eerder aan zien komen. Ze blijven ook bijna altijd dicht bij de waterrand liggen, zodat ze snel kunnen vluchten als ze verstoord worden. Dit doen ze bij de minste bedreiging vaak al.

Heb je wel eens een zeehond zien ‘zwaaien’? Hij doet dit niet om gedag te zeggen. In tegendeel: het is een dreigement. Met dit zwaaien wil de zeehond zeggen dat als de bedreiging dichterbij komt, hij het risico loopt gekrabd te worden met de lange nagels aan de voorflipper.

Tegen het eind van de zomer/begin van de herfst liggen de gewone zeehonden vaker op het land. Ze liggen dan in grotere groepen bij elkaar. Ze zijn namelijk twee tot drie maanden na het paarseizoen in de rui: dan krijgen ze een nieuwe vacht.

Voortplanting bij gewone zeehonden

Paren en paargedrag

Gewone zeehonden paren in het water, rond de tijd dat de pups klaar zijn met zogen (eind van de zomer). Mannetjes strijden met elkaar om vrouwtjes. Dit doen ze door middel van geluid maken, duiken en met elkaar te vechten. Dit noem je “lek” gedrag. Mannetjes paren vaak met meerdere vrouwtjes.

Diapauze en zwangerschap

Net zoals bij alle zeehondensoorten, is er na de bevruchting een diapauze. Een diapauze betekent dat er een tijd tussen bevruchting en de echte zwangerschap zit. Bij de gewone zeehond duurt de diapauze tot 2,5 maanden. Hierna verplaatst het bevruchte eitje zich in de baarmoeder. De totale zwangerschap (inclusief diapauze) duurt 10,5 maanden.

Bij de meeste zeehondensoorten wordt meer dan 85% van de vrouwtjes ieder jaar zwanger. Vanaf het moment dat de gewone zeehonden geslachtsrijp zijn, blijven ze hun hele leven vruchtbaar.

Geboorte- en zoogperiode

Pups van de gewone zeehond worden in de zomer op land geboren. Deze pups kunnen vrijwel direct na de geboorte al het water in, wat vaak wel moet als het vloed wordt. In het water hangen de pups dan vaak aan de rug van de moeder. Het geboorteseizoen van de gewone zeehond in Nederland duurt van juni tot en met juli.

Wussten Sie, dass...

Pups van de gewone zeehond in de eerste 4 weken 17 kilo aankomen?

De pups worden 4 weken lang door de moeder gevoed met melk dat ongeveer 40% vet bevat. De pups komen dan sterk aan. Ze gaan van 8 kg bij de geboorte, naar 25 kg in 4 weken. Hierna worden ze opeens verlaten en moeten ze zelf leren jagen. Het instinct van zeehonden om dit zelf te leren is gelukkig heel sterk.


Op deze pagina

Lees verder

Weiterlesen

Ecosysteem

Wissensdatenbank

Als je een bepaald natuurgebied onder de loep neemt en wilt weten hoe alles daarin samenleeft, dan spreken we over een ecosysteem. De Waddenzee is hier een voorbeeld van. Wat een ecosysteem is, wat erin leeft en wat onmiskenbare elementen zijn zoals een voedselweb en balans; dat lees je op deze pagina.

SCHAUEN SIE SICH AUCH AN

  • zeekraal is ook onderdeel van het ecosysteem van de Waddenzee

Wat is een ecosysteem?

Een ecosysteem is een natuurlijk systeem met alle organismen die in dat systeem leven. Dit kan zo groot zijn als een bos. Of je zoomt in op iets kleins zoals de vijver in jouw tuin. Alles binnenin hangt op een bepaalde manier met elkaar samen. 

Wat leeft er in een ecosysteem?

Een ecosysteem bestaat uit alle levende en niet-levende onderdelen in dat gebied. In de biologie noemen we dat de biotische und abiotische factoren. De biotische factoren zijn alle levende wezens in dat gebied en welke invloed ze op elkaar hebben. Daar horen alle organismen zoals dieren, planten, schimmels en bacteriën bij die in dat specifieke ecosysteem voorkomen.

Naast alles dat leeft bestaat een ecosysteem dus ook uit niet-levende onderdelen. Zij hebben invloed op al die de levende wezens. Dit zijn de abiotische factoren. Hierbij kun je denken aan:

  • water
  • zonlicht
  • lucht
  • bodem
  • temperatuur

De Waddenzee

De Waddenzee kun je beschouwen als een ecosysteem! Met de Waddenzee wordt de zee tussen de kust van Nederland, Duitsland en Denemarken en de bijbehorende Waddeneilanden bedoeld. Zo staan onder andere alle zeebewoners , de zeebodem, het zeewater en de zeelucht in relatie met elkaar.

Eten en gegeten worden

Alles wat leeft heeft energie nodig om in leven te blijven. Om aan energie te komen moet je eten. Dat kunnen planten, dieren of een combinatie ervan zijn. In de Waddenzee zijn honderden soorten die elkaar opeten of opgegeten worden. Je bent of de prooi of het prooidier. Om dit in beeld te brengen kun je een voedselweb maken.

Balans

Alles binnen zo’n voedselweb heeft direct of indirect met elkaar te maken. Als een van de soorten wegvalt dan heeft dat invloed op het hele ecosysteem. Neem bijvoorbeeld plankton. Plankton is geen voedsel voor een zeehond. Maar als het slecht gaat met het plankton, dan zal het uiteindelijk ook slecht gaan met de zeehond. Dat zit zo: de zeehond eet vissen op, de vissen eten garnalen op en de garnalen eten plankton op. De aanwezigheid van plankton heeft dus impact op de gehele voedselketen. Als het slecht gaat met plankton, kan de volledige voedselketen instorten. Het is belangrijk dat een ecosysteem in balans blijft.

De Waddenzee heeft een complex maar ook kwetsbaar ecosysteem. Er zijn verschillende bedreigingen waar de Waddenzee mee te maken heeft. Veel van die bedreigingen komen door de mens.


Op deze pagina

Lees verder

Weiterlesen

Vinpotigen (Pinnipedia)

Wissensdatenbank

De vinpotigen (Pinnipedia) zijn een groep zeezoogdieren die uit drie families bestaat: de zeehonden (Phocidae), de zeeleeuwen (Otariidae) en de walrus (Odobenidae). Het zijn allemaal leden van de orde Carnivora, de vleesetende zoogdieren. 

Deze orde kan worden opgesplitst in twee onder-ordes: de katachtigen (Feliformia) en de hondachtigen (Caniformia). Vinpotigen horen bij die laatste groep: de hondachtigen. Ze delen een voorouder met de marterfamilies (Mustelidae). Deze voorouder zal een beetje op een otter geleken hebben.

SCHAUEN SIE SICH AUCH AN

  • Zeehond in zee

  • Zeeleeuw op het strand

  • Grijze zeehonden op het strand

Wussten Sie, dass...

De poten van zeehonden flippers heten?

Hoe zien vinpotigen eruit?

Vinpotigen hebben allemaal een lang lichaam met grote borstkas en smal uitlopend achterlijf. Hun belangrijkste kenmerk is de vorm van de poten. Hier hebben ze ook hun naam aan te danken. De poten van vinpotigen zijn kort met erg lange vingers en tenen. Tussen de vingers en tenen zitten zwemvliezen, waardoor hun poten meer op vinnen lijken.

Omdat ze een groot deel van hun leven in het koude water leven, hebben vinpotigen een dikke laag blubber. Hun huid is ook bedekt met een korte, dichte vacht. Zo blijven vinpotigen warm. Dat kunnen ze goed gebruiken in het koude water of in de ijzige gebieden waar ze soms leven. 

Hoe bewegen vinpotigen?

Sommige zeezoogdieren, zoals walvissen, leven alleen maar in het water. Vinpotigen zijn anders. Zij leven (groten)deels in het water en deels op het land. Ze hebben allemaal een eigen manier van bewegen, zowel op het land als in het water.

Meestal gebruiken vinpotigen het land om te rusten, verharen, paren, en om pups op te voeden. Maar hun leven speelt zich vooral in het water af. De meeste vinpotigen kunnen dagenlang in het water zijn om te jagen en eten. Ze kunnen zelfs in het water slapen. Sommige soorten paren ook in het water.

Omdat ze op deze manier leven, noemen we vinpotigen semi-aquatisch. Letterlijk betekent dat half in het water.

Onder water

Alle vinpotigen zijn onderwater het meest wendbaar. Door hun bouw kunnen ze zich daar veel sneller verplaatsen. Dit is wel handig, want hun voedsel is allemaal in het water te vinden!

Zeehonden onder water
Tijdens het zwemmen houden zeehonden (Phocidae) hun achterflippers tegen elkaar aan. Ze bewegen hun achterlijf dan heen en weer om zich door het water te duwen. Als je een zeehond ziet zwemmen, maken ze een beetje dezelfde beweging als een vis. Hun voorflippers zijn vooral bedoeld om te sturen, niet om vaart te maken.

Walrussen onder water
Walrussen (Odobenidae) zwemmen op dezelfde manier als zeehonden, dus door hun achterflippers heen en weer te bewegen. Ze gebruiken hun voorflippers om te sturen en om te peddelen.

Zeeleeuwen onder water
Zeeleeuwen (Otariidae) hebben een andere manier om te zwemmen. Ze hebben veel langere en sterkere voorflippers dan zeehonden, en gebruiken deze juist om vaart te maken. Ze bewegen de voorflippers op en neer, waardoor ze zichzelf door het water duwen. Het lijkt op de manier waarop een vogel door de lucht vliegt. Zeeleeuwen zijn een stuk wendbaarder dan zeehonden en walrussen, maar kunnen minder lang zwemmen.

Over land

Omdat hun lichamen goed zijn aangepast voor een leven in het water, zijn vinpotigen op het land een stuk minder wendbaar. Maar er zit wel een verschil tussen de families in hoe gemakkelijk ze zich op land voortbewegen.

Zeehonden op het land
Zeehonden kunnen hun achterflippers niet naar voren vouwen. Door de bouw van hun lichaam wijzen die altijd naar achteren. In plaats van te lopen, bewegen ze meer als een rups. Ze tillen hun rug omhoog waardoor hun achterkant een beetje naar voren komt. Dan duwen ze zich met de achterkant van hun lichaam af. Door dit vaak en snel achter elkaar te doen, lijkt het net of de zeehond een beetje stuitert. 

Walrussen op het land
De walrus (Odobenidae) kunnen wel de achterflippers naar voren vouwen. Maar hun lichamen zijn te groot en zwaar om van de grond af te tillen. In plaats van echt te lopen, schuiven ze op hun buik over het land door op hun flippers te steunen.

Zeeleeuwen op het land
Zeeleeuwen (Otariidae) zijn op het land het meest beweeglijk van de drie families. Met hun voor- en achterflippers hijsen hun hele lichaam van de grond (waarbij ze de achterflippers onder hun lichaam naar voren vouwen). Zo kunnen zeeleeuwen op vier poten lopen, en zelfs galopperen!

Hoe leven vinpotigen?

Het dieet

De zee is waar vinpotigen hun voedsel vandaan halen. Ze jagen daar op allerlei dieren. De meeste vinpotigen zijn opportunistische jagers. Dit betekent dat ze vrijwel alles eten wat ze kunnen pakken. Over het algemeen gaan ze voor vissen, inktvissen, schaal- en schelpdieren die ze heel kunnen doorslikken. Maar soms zullen er een paar zijn die ook achter grotere dieren aan gaan, zoals zeevogels en kleine zeezoogdieren.

In groepen of alleen

De meeste vinpotigen zijn erg sociaal. Buiten het paarseizoen liggen walrussen en zeeleeuwen op het land vaak in enorme groepen bij elkaar. Grote groepen van dezelfde diersoort heten kolonies. Zeeleeuwen jagen soms ook in kleinere groepen. Ze werken dan samen om scholen vis bij elkaar te drijven.

Walrussen eten vooral schelpdieren die in de zeebodem leven. Ze zullen tijdens het eten in groepjes bij elkaar blijven, maar hebben elkaar niet nodig om te jagen.

Bij zeehonden verschilt het per soort of ze in groepjes of alleen leven, maar de meeste zeehondensoorten jagen alleen.

Paarseizoen

Tijdens het paarseizoen komen vinpotigen in grote aantallen op het land of op het ijs bij elkaar om te paren. Dit doen ze meestal met meerdere partners. Vinpotigen dus polygaam. Bij zeeleeuwen, walrussen en sommige zeehondensoorten zal een mannetje een groep met meerdere vrouwtjes om zich heen hebben. Zo’n groep heet een harem. Het mannetje verdedigt zijn harem tegen andere mannetjes en heeft dan het recht om met al die vrouwtjes te paren.

Pups

Vinpotigen krijgen één pup per keer. Tweelingen zijn extreem zeldzaam. Mocht dat wel gebeuren, dan zou een tweeling in de meeste gevallen niet overleven. verschilt per familie en per soort, maar het zijn altijd de vrouwtjes die de pups opvoeden. Mannetjes hebben hier niks mee te maken.

Zeeleeuwen en zeehonden krijgen bijna ieder jaar weer een pup. Walrussen zorgen veel langer voor hun pup. Zij krijgen één pup per 4-5 jaar.


Op deze pagina

Lees verder

Weiterlesen